dinsdag 29 december 2015

Gouden bergen

Na een drukke periode pakken we de koffers voor een verdiende vakantie met het gezin. We schuiven aan in de file naar Oostenrijk, waar deze kerst groene heuvels op ons liggen te wachten. Gezien de vele skibakken om ons heen op de autobahn hebben veel mensen goede hoop om toch te skiën. Naast onze skischoenen ligt een stapel boeken achter in de auto. Gelukkig heeft het hotel een zwembad en een gameroom, dus de kinderen hoeven zich in ieder geval niet te vervelen.

Na twee dagen quality time in de auto arriveren we op onze bestemming. De kinderen duiken meteen het zwembad in en wanneer ik op het balkon van de hotelkamer sta zie ik de berg voor me met een dun strookje sneeuw tussen de bomen. In de lobby tijdens het inchecken zag ik dat we de kinderen voor skilessen kunnen inschrijven dus waarschijnlijk zijn er best wat afdalingen te doen. Gelukkig maar, toch nog een witte kerst. 
De volgende dag worden de jongens beiden in een klasje ingedeeld waar ze meteen Nederlandse vrienden, ook twee broers, maken. Wanneer ook Annemijn een klasje krijgt toegewezen nemen Bram en ik met een gerust hart de gondel naar boven. Daar ontmoeten we Michael en Carolien, de ouders van de skivriendjes. Ze zitten bij ons in het hotel en we spreken af voor de après ski. Na een aantal ijzige pistes met opgespoten sneeuw en een curryworst met friet op het zonnige terras nemen we de laatste afdaling om de kinderen uit de skiklas te plukken en haken we aan voor de schnaps. Naast Micheal en Carolien ontmoeten we ook Willem en Jessica en zo te merken hebben we niet alleen de eerste maar ook de tweede en derde ronde al gemist. De stemming zit er al goed in. 

Omdat het in Oostenrijk traditie is de kerstboom pas op kerstavond op te zetten, en er in plaats van  ‘Last Christmas’ ‘Anton aus Tirol’ door de bar schalt, is het kerstgevoel ver te zoeken. Boven de muziek uit probeer ik een praatje met Willem te maken en vraag wat hij voor werk doet. Hij blijkt wat pandjes te bezitten maar zou eigenlijk graag een hoerenkeet willen beginnen. Jessica komt erbij staan en zegt dat zij het ook een goed idee vindt, en dat Willem de meiden zelf wilt uitproberen. Michael rukt zich los van een serveerster met goedgevulde dirndl en biedt spontaan aan daarbij te helpen. Hij geeft aan voorkeur voor blondjes te hebben. Ik kijk naar Carolien die haar donkere lokken op de dansvloer heen en weer schudt en proost dan mee op dit briljante idee, van kerstgedachte naar ketsgedachte.


De rest van de dagen vermaken wij ons in de bar met onze nieuwe beste vrienden. Dat de meeste bergen groen zijn zie je niet vanachter een halve liter bier en de kinderen zien we eigenlijk ook niet meer. Halverwege de vierde avond kopen we ons bijna in bij de hoerenkeet maar de overeenkomst op het servetje spoelt weg met een omgevallen biertje. 

dinsdag 22 december 2015

Voor altijd en eeuwig


We vieren de Koperen Bruiloft. Ik zie twee oude mensen samen die elkaars hand vasthouden terwijl de kamer vol zit met kinderen, kleinkinderen en zelfs achterkleinkinderen om deze prachtige mensen te feliciteren. Hun handen zijn ineengestrengeld terwijl ze beiden in een makkelijke stoel zitten en ze kussen elkaar met hun rimpelige lippen wanneer er een enorme taart voor ze binnen wordt gereden. Dan voel ik een hand op de mijne en verschrikt ontwaak ik uit mijn gedachten en voel  een kriebel wanneer ik op kijk. Bram vraagt of ik nog een toetje wil of liever de rekening. We vragen de rekening en hand in hand lopen we naar buiten de kou in naar huis.

Ik vind het ontzettend ouderwets klinken, een koperen bruiloft. Iets van vroegere tijden voor oude mensen. Dat zal wel met het woord koper te maken hebben wat er in voorkomt. Het staat echter  voor 12 1/2 jaar huwelijk en zolang zijn Bram en ik nu getrouwd. Maar we zijn helemaal niet oud, al denken onze kinderen daar natuurlijk heel anders over. Kleinkinderen zijn er, gelukkig, nog lang niet, laat staan achterkleinkinderen.

13 jaar hadden we verkering toen we trouwden. We waren buren toen we voor het eerst zoenden na een avond stappen en het was eigenlijk niet meer dan logisch, maar wel heel bijzonder, dat we zouden trouwen na al die jaren samen. Volmondig zeiden we ja tegen de trouwambtenaar. Als je al jaren met elkaar deelt zeg je ja, en dat voor,- en tegenspoed waar ze het over had, zei mij op dat moment niks. Er zijn genoeg mensen die trouwen een grote poppenkast vinden en geldverspillerij en hoewel ik eerlijk gezegd vooral wilde trouwen omdat ik als klein meisje al droomde van een sprookjesdag in witte jurk, voelde ik me meteen anders na het ja-woord. Een verbintenis op een heel ander niveau dan verkering. 

Vele jaren van voorspoed volgden maar er waren ook tijden van tegenspoed, en toen begreep ik wat de trouwambtenaar bedoelde met dat zinnetje. Maar juist op die tijden voelde ik de verbondenheid van het huwelijk, de tijden dat je elkaar echt hard nodig hebt. Drie kinderen als de zogenaamde kroon op ons huwelijk werden ons gegeven, maar diezelfde kinderen zorgen er ook zo nu en dan voor dat je ontzettend langs elkaar heen kan leven. Het hoort erbij, je raakt van elkaar verwijderd en vindt elkaar weer terug. Kennelijk kan dat in een huwelijk.

Ik knipper met mijn ogen en er zijn 12 1/2 jaar voorbij. Het ja-woord voelt als gisteren maar de liefde is twaalf en een half keer sterker geworden. Als Bram me op dit moment ten huwelijk zou vragen zou ik nog harder ja zeggen dan destijds. En met dit gevoel en deze gedachten wacht ik met een gerust hart op onze gouden en wie weet zelfs wel diamanten bruiloft. Die zullen we met onze kinderen, kleinkinderen en wie weet achterkleinkinderen hand in hand vieren terwijl onze gerimpelde lippen elkaar kussen.


dinsdag 15 december 2015

Vrede op aarde

Zodra het laatste cadeautje op pakjesavond is uitgepakt beginnen mijn kinderen: ‘Mam, wanneer gaan we de kerstboom opzetten?’ Ik ben gek op kerst en vooral op kerstmeuk dus veel later dan 7 december wordt het meestal niet.

Wij gingen vroeger met het hele gezin naar het tuincentrum, liefst wanneer het al donker was voor de optimale kerstsfeer. Mijn vader ging mee omdat hij moest helpen tillen, maar mijn zus, moeder en ik zochten de boom uit. Dat werd altijd de achterste die platgedrukt lag tegen een hele rij andere bomen. Mijn moeder hield hem dan rechtop zodat we konden zien hoe deze eruit zag en als we de goede hadden gevonden ging hij op het dak van de auto. Niet in de auto, dat zou niet passen in de Ford Fiësta en vaak was de boom nat. Thuisgekomen stonden mijn zus en ik te springen om te beginnen met versieren maar helaas moest de boom eerst een nacht uitzakken en opdrogen in de tuin. De volgende ochtend bleek vaak dat de boom er raar uit zag, takken misten of twee pieken had. 

Ik ga met mijn kinderen naar boven, verschuif mijn schoenencollectie en het kledingrek. Op mijn knieën trek ik het schot open en stoot mijn hoofd tegen een gitaar die naar buiten valt. Op de tast voel ik of er een zak met wat zachts erin ligt. De zonnebank moet ook verschoven worden maar dan kan ik er bij en trek de zak uit de krappe ruimte. De kinderen staan te springen en nemen het logge geval van mij over en rennen er mee naar beneden. Daar begint de pret pas echt, we gaan de takken op nummer selecteren zodat de boom straks mooi in vorm in de kamer staat. Mariah Carey schalt door de Sonos en Oscar tikt de takken weer net zo snel uit als dat wij ze er in kunnen hangen. Fijn zo’n kat. 

Niet veel later staat de boom. Er onder ligt een grasveld van dennennaalden. Niet alleen daar trouwens, ook in het haar van mijn kinderen, op de bank en zelfs in de keuken liggen de plastic snippers. Ieder jaar vraag ik me af waarom ik ooit een kunstkerstboom wilde hebben, maar een van de redenen was vast omdat die niet zo veel troep geeft. Dat argument kan meteen naar het rijk der fabelen. Terwijl ik terugkom met de stofzuiger liggen er tussen de naalden gouden glasscherven. Twee beteuterde gezichten kijken me aan. ‘Ik mocht toch de piek doen dit jaar mama?’ vraagt Annemijn. ‘Nee, het was mijn beurt!’ roept Marcus boos. ‘In ieder geval is het zonder piek niemands beurt.’ mompel ik en wil de stofzuiger aan te zetten. Dan zegt Laurens vanaf de bank: ‘Mam, de boom beweegt, hoe kan dat?’ Ik draai me om, zie een bruine staart op de plek waar de piek hoort te zitten en dan belandt de boom met een klap op de grond. Twee zwarte oogjes kijken me verschrikt aan en Oscar rent met de naalden in zijn vacht naar buiten. 

Vrolijk kerstfeest!!!




dinsdag 1 december 2015

Surprise

Terwijl ik plakband uit mijn haar vis en het zweet op mijn voorhoofd zich vermengt met de lijm die daar terecht is gekomen, vraag ik me af wat ik fout doe. Vorige week kwam Marcus thuis uit school met een lootje. Hij heeft Merel getrokken, ze houdt van hockey en viool staat er als tip voor de surprise die hij moet maken. Nou heeft hij helemaal niets met Merel en nog veel minder met knutselen, maar dit vind ik geen excuus en daarom heb ik een week lang aan zijn kop gezeurd dat hij aan de slag moest gaan. Helaas kwam er geen enkele actie van zijn kant dus heb ik mijn vrije zondagmiddag opgeofferd om samen met hem een viool in elkaar te knutselen. De plakband en de lijm zit nu overal behalve op het karton en Marcus doet goed zijn best onder dit samenzijn uit te komen met smoesjes als ‘huiswerk’ en ‘kamer opruimen’.

Mijn kinderen zitten op een Montessorischool, waar het motto ‘Leer het mij zelf te doen’ is. Een motto waar ik me helemaal in kan vinden. Wat zouden we zelfstandige kinderen krijgen, die ook nog goed kunnen plannen. Nu mijn jongens in groep 5 en 6 zitten zou je denken dat ze het ‘zelf doen’ wel onder de knie hebben. Helaas, het enige wat ze zelf doen is naar de wc gaan. Annemijn zit in groep 2 en wil wel alles zelf doen, wat niet altijd handig is en volgens mij meer bij de leeftijd hoort dan bij het onderwijssysteem. Iedere dag vraag ik me af of de school zijn doelen niet goed na streeft of dat de fout bij mij ligt. Suggestieve vraag natuurlijk.

De viool lijkt ondertussen op een gitaar. Marcus is tevreden maar zo makkelijk komt hij er niet onderuit. De gitaar moet smaller om meer in de buurt van de viool te komen, dus de schaar er in. Ik hoor Marcus zuchten en puffen en terwijl ik de strijkstok voorzie van snaren zie ik vanuit mijn ooghoeken dat de viool nu de vorm van een mondharmonica heeft. Marcus kijkt boos, gooit de schaar en het overgebleven stukje karton op tafel en rent naar boven. De deur van zijn kamer slaat hij zo hard dicht dat de lamp boven de tafel er van trilt. 

Verslagen kijk ik naar de ravage op tafel. Dit wordt niets meer, besluit ik en schuif de boel aan de kant. Morgen de laatste kans om te knutselen. Misschien kunnen we een hockeystick maken, hoewel we een duidelijke mail van de klassenmoeder kregen dat de voetbal en hockeystick dit jaar op de verboden lijst staan vanwege gebrek aan originaliteit.

Twee dagen later staat er een zwartgeverfde schoenendoos op tafel. Er zitten een versnipperde viool en hockeystick in. Marcus is trots op zijn grabbeldoos. Ik aai door zijn haar en besluit dat ik de kinderen volgend jaar vertel dat Sinterklaas wél bestaat. Scheelt een hoop knutselstress. 

dinsdag 24 november 2015

work it!


Ik hijg en zie de grond op me afkomen. Stofvlokken dwarrelen om me heen en snel druk ik mezelf weer omhoog. ´ Nog acht keer!´ hoor ik ergens achter me. Mijn oren suizen wanneer de grond weer angstvallig dichtbij komt, en net op tijd zie ik kans me weer omhoog te drukken. Hou ik dit vol? Met opeengeklemde kaken lukt het me het patroon nog zeven keer te herhalen en plof dan neer op de stoffige grond. Kans om uit te rusten krijg ik echter niet want de volgende oefening staat op me te wachten.

Drie keer per week stap ik vol goede moed de sportschool binnen. Een les ´s ochtends om negen uur, zodat ik geen tijd heb om na te denken welke leuke andere dingen ik allemaal zou kunnen doen. Ik breng de kinderen naar school en ga meteen door. Zodra ik de koude zaal binnentreed zakt iedere keer de moed me in de sportschoenen. Toch geef ik niet op.

Koud heb ik het ondertussen allang niet meer. Sterker nog, ik vraag me af of de airco is uitgevallen. Zwetend loop ik naar de halters. Nog 25 minuten zie ik wanneer ik snel een blik op de klok werp. Ik zucht diep en probeer de tien kilo boven mijn hoofd op en neer te bewegen. De muziek dreunt rond in de zaal en ik probeer het ritme te pakken te krijgen. Niet alleen mijn spieren trillen, maar ook mijn trommelvlies wanneer Lars, de sportinstructeur, ´Work it!´ in mijn oor gilt. Ja, ik werk! Ik werk hard, en ik ga het volhouden. ´En over tien seconden…´  roept hij. ´Tien seconden, dat lukt me nog,´ denk ik en strek mijn armen nog eens uit. ´….ben je op de helft!´ Ik geef het op, en laat de halter zakken. Meteen baal ik daarvan en pak hem weer op om deze nog twee keer al wiebelend boven mijn hoofd te tillen. ´Waarom doe ik dit?´ vraag ik me hardop af.

Ik krijg kramp tijdens het touwtje springen, verdraai bijna mijn arm tegen de boksbal en mijn rug doet pijn gedurende een minuut planken. Maar ik haal het! 25 minuten later drapeer ik mijn handdoek op een matje en vlij mezelf neer. Mijn ademhaling neemt een normaal ritme aan, zweet drupt van me af en net als ik denk dat ik tot rust ben gekomen, gaat de muziek weer aan en schiet mijn hartslag van schrik omhoog. ´Handen aan de oren en omhoog. Work it dames!´ gilt Lars. Het buikspierkwartier is begonnen, en daar doe ik allemaal voor. Een kwartier lang kreun en steun ik, met 20 medestanders om me heen.

Eindelijk is het tien uur. Trillerig, met een rode kop en plakkerig haar, kom ik aan bij het tafeltje waar Marit al zit te wachten. Zij ziet er fris uit na haar yogales. ´Hoe was het?´ vraagt ze terwijl ze me bezorgd aankijkt. ´Heerlijk,´ zeg ik enthousiast. ´vrijdag ga ik weer.´

dinsdag 17 november 2015

Runnin´


Wie met het idee kwam weet ik niet meer maar het was een goed idee, daar waren we het allemaal over eens. We hadden net de borden van ons afgeschoven na een heerlijk etentje en trokken nog een laatste fles wijn open om het af te leren, toen iemand opeens riep; laten we volgend jaar mee doen aan de Dam tot Dam loop! Ik keek naar beneden waar het knoopje van mijn broek inmiddels los gemaakt was, en twee anderen stopten snel hun pakje sigaretten terug in de tas. Eerst keken we wat verwilderd om ons heen maar al snel sloeg de stemming om in enthousiasme en proosten we op dit briljante plan. Fuck de midlifecrises, dit gaan we doen! En wat zouden we fit en vooral slank worden.

Niet lang daarna plannen we de eerste training in. Een aantal is verre van sportief en als we nu niet meteen de daad bij het woord voegen is de kans op afhakers groter. Vriendin B maakt een What’s App groep aan en zoekt een trainingsschema uit. Een week later moeten we half 9 verzamelen voor haar huis, zo laat ze weten.

Een uur voor vertrek komt er een bericht binnen van vriendin L. Ze staat nog in de kroeg en gaat het niet halen. ‘Alleen maar Spa Rood hoor!’ appt ze er snel achteraan. Vriendin M appt dat ze echt geen puf heeft. ‘De kinderen zijn zo druk geweest vandaag, ik wil NU een wijntje en op de bank ploffen!!’. Na luid protest van de rest wordt de fles kennelijk terug in de koelkast geparkeerd want een kwartier later krijgen we een foto van 2 hardloopschoenen te zien en vriendin L appt dat ze toch onderweg is en precies op tijd aan komt.

Als ik om half 9 bij vriendin B aankom blijk ik de laatste. Iedereen staat in vol ornaat op een neer te springen op nieuwe loopschoenen, hippe windjacks aan en met lampjes om de armen zodat we gezien worden in het donker. We giechelen wat, complimenteren elkaar om de outfits en doen wat rek- en strekoefeningen in de tuin. Stiekem zijn we een beetje zenuwachtig maar niemand geeft dat toe. Dan vertrekken we en snel klik ik Runkeeper aan. Twee aan twee volgen we elkaar door het donker en zorgen we dat niemand achter blijft.

We lopen een mooi rondje en net wanneer de gesprekken minder maar het gehijg harder wordt is de finish in zicht. We zijn allen opgelucht en ontzettend trots dat we dit gedaan hebben. De kop is er af, iedereen heeft het ruim gehaald en we konden het allemaal bijhouden. Wat een prachtig begin van deze uitdaging. We lachen, geven elkaar schouderklopjes en vertrekken voldaan naar huis.

Als ik de sleutel in de voordeur steek hoor ik mijn telefoon piepen en komen de eerste What’s appberichten al binnen. ‘Wat een heerlijk loopje!’ ‘Ik hoop dat ik geen spierpijn krijg morgen.’ ‘Wie weet hoeveel we eigenlijk gelopen hebben?’ Ik check mijn Runkeeper en app terug: ’1,19 kilometer’.

dinsdag 10 november 2015

Spreekbeurt

Bijna val ik om wanneer mijn zoon Laurens van 9 na een flinke aanloop me omhelst op het schoolplein. ´Ik moet een spreekbeurt doen, mam, en ik doe het op de verjaardag van papa!´. Nog tien dagen reken ik snel uit. ´Leuk, waar doe je het over?´ vraag ik enthousiast. Dat weet hij nog niet en hij gaat nu met Luuk spelen. ´Maar wanneer ga je dan aan je spreekbeurt werken?´ roep ik bezorgd tegen zijn rug terwijl hij al met Luuk weg rent. ´Nog tijd zat!´ en weg is hij.




Als ik met de andere kinderen thuis aan de thee en limonade zit luister ik met een half oor naar de verhalen over prikwerkjes en ruzies op het schoolplein, want ik maak me zorgen over de spreekbeurt. Nog maar tien dagen, dan moet er een leerzaam en solide verhaal zijn dat zoonlief uit zijn hoofd kent en het liefst met een mooie presentatie in PowerPoint erbij en YouTubefilmpje ter afsluiting. Veel werk nog dus en dat gaat volgens mij niet lukken. Ik pak mijn agenda en kijk welke middagen er vrij zijn om hier aan te gaan werken. Dat zijn er niet heel veel zie ik, en besluit dat er vanmiddag nadat ik hem heb opgehaald een begin gemaakt moet worden.




Ik plant de andere twee kinderen voor de tv zodat ik even snel alleen Laurens op kan halen. Wanneer we terug rijden naar huis vertel ik hem dat we straks een begin met de spreekbeurt gaan maken. Een teleurstellende oké vanuit de stoel naast me geeft me weinig moed en zodra we thuiskomen vind ik het eigenlijk wel zielig dat hij nog aan het werk moet terwijl zijn broertje en zusje al voor de televisie zitten. Ik laat het dus maar even zitten en opgelucht nestelt hij zich voor de tv en ook de rest van de avond worden er geen stappen richting de spreekbeurt gezet.




Drie dagen later heeft hij na heel veel aandringen van  mijn kant een onderwerp gekozen. Hij gaat het over Porsche doen. Enthousiast klap ik de laptop open en begin te Googelen. Hij trekt er een krukje bij en gaat naast me zitten. Mijn andere zoon legt de Paniniplaatjes opzij en loopt de tuin in om een balletje te trappen. Ondertussen print ik mooie plaatjes uit en kopieer wat tekst uit Wikipedia. ´Leuk mam, dit ziet er goed uit. Nu ga ik ook even voetballen oke?´en weg is hij weer.




De uitgeprinte plaatjes liggen na nog eens drie dagen verspreid over de eettafel en vensterbank omdat ze iedere keer verplaatsen wanneer we de tafel dekken voor het eten, maar verder gebeurt er niets mee. Meerdere malen dring ik aan om te beginnen met een logisch verhaal bij de plaatjes en niet alleen de tekst van Wikipedia op te lezen, en om de plaatjes nu echt in PowerPoint te zetten maar meneer doet niets. Met nog vier dagen te gaan is er weinig te zien van een goedlopend verhaal met presentatie en krijg ik er steeds meer de zenuwen van.




Zondags, nog twee dagen voor de spreekbeurt, ben ik het zat. ´En nu gaan we je spreekbeurt maken.´ sis ik chagrijnig. Mopperend komt hij naast me zitten en kijkt naar de uitgeprinte plaatjes. ´Goed, wat worden je hoofdstukken?´ vraag ik, ´Zal ik het even typen, dan gaat het wat sneller.´ We komen tot 5 hoofdstukken en ik typ de teksten zo uit dat het een logisch verhaal wordt wat makkelijk verteld kan worden en begrijpelijk is voor de rest van de klas. ´Zullen we dan nu even de plaatjes in PowerPoint zetten?´ vraag ik opgewekt als alle teksten klaar zijn. Ik open PowerPoint en zet de plaatjes er op de goede volgorde in, met een linkje in de tekst zodat Laurens weet wanneer hij welk plaatje moet laten zien. Met een schuin oog kijkt hij naar zijn broertje die nu  Paninikaartjes in hun nieuwe gezamenlijke verzamelboek schuift. ´Ga maar even helpen,´zeg ik ´dan print ik alles uit en doe het in een mapje. We nemen het morgen nog helemaal door en ben je klaar voor je spreekbeurt dinsdag.´




Ik plof voldaan op de bank en schenk een wijntje voor mezelf in terwijl ik de spreekbeurt trots op de salontafel leg. ´Mooie spreekbeurt heb je gemaakt,´ zegt mijn man ´wanneer mag je hem houden?´