Ik hijg en zie de grond op me afkomen. Stofvlokken dwarrelen
om me heen en snel druk ik mezelf weer omhoog. ´ Nog acht keer!´ hoor ik ergens achter me. Mijn oren suizen wanneer de grond weer angstvallig dichtbij komt,
en net op tijd zie ik kans me weer omhoog te drukken. Hou ik dit vol? Met
opeengeklemde kaken lukt het me het patroon nog zeven keer te herhalen en plof
dan neer op de stoffige grond. Kans om uit te rusten krijg ik echter niet want
de volgende oefening staat op me te wachten.
Drie keer per week stap ik vol goede moed de sportschool
binnen. Een les ´s ochtends om negen uur, zodat ik geen tijd heb om na te
denken welke leuke andere dingen ik allemaal zou kunnen doen. Ik breng de
kinderen naar school en ga meteen door. Zodra ik de koude zaal binnentreed zakt
iedere keer de moed me in de sportschoenen. Toch geef ik niet op.
Koud heb ik het ondertussen allang niet meer. Sterker nog,
ik vraag me af of de airco is uitgevallen. Zwetend loop ik naar de halters. Nog
25 minuten zie ik wanneer ik snel een blik op de klok werp. Ik zucht diep
en probeer de tien kilo boven mijn hoofd op en neer te bewegen. De muziek dreunt
rond in de zaal en ik probeer het ritme te pakken te krijgen. Niet alleen mijn
spieren trillen, maar ook mijn trommelvlies wanneer
Lars, de sportinstructeur, ´Work it!´ in mijn oor gilt. Ja, ik werk! Ik werk
hard, en ik ga het volhouden. ´En over tien seconden…´ roept hij. ´Tien seconden, dat lukt me nog,´ denk ik en strek mijn armen nog eens uit. ´….ben je op de helft!´
Ik geef het op, en laat de halter zakken. Meteen baal ik daarvan en pak hem
weer op om deze nog twee keer al wiebelend boven mijn hoofd te tillen. ´Waarom
doe ik dit?´ vraag ik me hardop af.
Ik krijg kramp tijdens het touwtje springen, verdraai bijna
mijn arm tegen de boksbal en mijn rug doet pijn gedurende een minuut
planken. Maar ik haal het! 25 minuten later drapeer ik mijn handdoek op een
matje en vlij mezelf neer. Mijn ademhaling neemt een normaal ritme aan, zweet
drupt van me af en net als ik denk dat ik tot rust ben gekomen, gaat de muziek
weer aan en schiet mijn hartslag van schrik omhoog. ´Handen aan de oren en
omhoog. Work it dames!´ gilt Lars. Het buikspierkwartier is begonnen, en daar doe
ik allemaal voor. Een kwartier lang kreun en steun ik, met 20 medestanders
om me heen.
Eindelijk is het tien uur. Trillerig, met een rode kop en
plakkerig haar, kom ik aan bij het tafeltje waar Marit al
zit te wachten. Zij ziet er fris uit na haar yogales. ´Hoe was het?´ vraagt
ze terwijl ze me bezorgd aankijkt. ´Heerlijk,´ zeg ik enthousiast. ´vrijdag ga
ik weer.´
Geen opmerkingen:
Een reactie posten